Technische verdieping voor wie verder wil met Copilot agents 
Ben je enthousiast geworden over Copilot agents en wil je nu zelf aan de knoppen zitten? In dit artikel duiken we dieper in de praktijk. Geen introductie meer over wat het is, dat weet je inmiddels. Dit is voor wie zelf wil bouwen, experimenteren én begrijpen hoe je het slim inzet. 

Agenttypen: welke past bij jouw doel? 

Voordat je begint in Copilot Studio is er één simpele vraag: 

“Wat wil je dat de agent jou uit handen neemt?” 

Op basis daarvan kies je een type agent. Elk type heeft z’n eigen kracht: 

1. Retrieval agent 
   Deze haalt informatie op uit bronnen zoals SharePoint, documenten of webpagina’s. Jij geeft aan wat je zoekt — de agent vindt het voor je. Denk aan: “Wat is het budget voor project X?” of “Geef me het laatste verslag over team Y.” 
2. Task agent 
   Deze voert daadwerkelijk acties uit: van een e-mail versturen tot het invullen van velden in een Excelbestand. Deze agents zijn goed inzetbaar bij repeterend werk en zijn relatief eenvoudig te bouwen met Low Code-functionaliteit. 
3. Autonomous agent 
   Dit zijn de zelfstandige types. Ze reageren automatisch op triggers, zoals een nieuwe invoer in een systeem of een vast tijdstip. Handig, maar wel wat gevoeliger: je wilt zeker weten dat ze alleen doen wat jij bedoelt. 

Eerlijk advies uit ervaring: start met retrieval of task. Autonome agents klinken mooi, maar zijn echt een volgende stap. 

Zo werk je in Copilot Studio

De meeste collega’s die ermee begonnen, ontdekten: het lijkt veel ingewikkelder dan het is. Ja, je moet even wennen aan de interface. Maar de opbouw is logisch: 

• Topics: dit zijn de gespreksroutes — wat vraagt de gebruiker, wat moet de agent terugvragen, welke keuzes zijn er? 
• Actions: de opdrachten die worden uitgevoerd (zoals “stuur deze mail” of “zoek dit op in SharePoint”). 
• Knowledge: hier geef je aan welke bronnen de agent mag gebruiken. Denk aan PowerPointpresentaties, Word-documenten of interne handleidingen. 

“Onze eerste testversie had alleen drie standaardantwoorden. Maar zelfs dát leverde al reacties op als ‘wow, dit scheelt me serieus tijd’.” 

Hoe ziet dat er dan uit in de praktijk? 

Onderstaande voorbeeld laat zien hoe je in Copilot Studio een eenvoudige agent opbouwt. Links zie je de gespreksflow — van trigger tot antwoord — en rechts configureer je de invoervelden waarmee de agent werkt.

Het bouwen werkt stap voor stap: 

• Bepaal het doel 
• Beschrijf wat de agent moet doen (in gewone taal of via flows) 
• Test direct in de studio 
• Verbeter, verfijn en publiceer 

Flows, triggers en koppelingen 

Als je een task of autonomous agent maakt, werk je vaak met Power Automate. Hier stel je logica in zoals: “Als een nieuw item in deze lijst verschijnt, stuur dan een melding én voeg data toe aan bestand X.” 

Triggers kunnen zijn: 

• Een bepaald tijdstip 
• Een wijziging in een bestand 
• Input van een gebruiker 

Acties kunnen zijn: 

• Een mail sturen 
• Een bestand updaten 
• Data ophalen uit een andere bron 

Veel collega’s starten met templates of bestaande voorbeelden. Prima manier om de flow te leren begrijpen en je voorkomt dat je het wiel opnieuw uitvindt. 

Governance: zorg dat je grip houdt 

Agents kunnen machtig zijn, maar daar hoort verantwoordelijkheid bij. Wie toegang geeft tot informatie of acties automatiseert, moet weten waar de risico’s liggen. 

Wat je sowieso wilt regelen:

• Wie mag de agent gebruiken? 
• Welke data mag de agent zien? 
• Wat mag hij automatisch uitvoeren? 
• Is logging of monitoring ingeschakeld? 

Gebruik de bestaande platformen: 

• Copilot Control Center 
• Power Platform Admin Center 
• Microsoft 365 Admin Center 

Zorg dat je securitybeheerder meeleest voordat je publiceert. Eén verkeerde koppeling kan vervelende gevolgen hebben. 

Voorbeelden uit onze eigen praktijk 

Bij Conclusion Enablement zijn we volop aan het testen met Copilot agents. Geen grote projecten. Gewoon kleine, praktische oplossingen die direct iets opleveren. Soms zit de winst in iets simpels — zoals een begroeting of doorverwijzing. En soms bouwen we iets complexer dat echt werk van mensen overneemt. Een paar concrete voorbeelden: